Wij zijn Gen T en Black Mirror wordt werkelijkheid: Amy Webb over de Technology Supercycle en connectables

Featured Session: Amy Webb Launches 2024 Emerging Tech Trend Report

Door: Gerson Veenstra

Ben je bij SXSW, dan ga je naar Amy. Maakt niet uit hoe lang de rij is en maakt niet uit wat er nog meer is. Oké, ik overdrijf. Maar ze staat wel in het lijstje met vaste populaire sprekers. En je kunt het Emerging Tech Trend Report 2024 waar ze over vertelt ook gewoon online bekijken en zelfs de presentatie en allerlei extra's downloaden, maar door de enthousiaste manier waarop Amy het vertelt, komt het allemaal altijd net wat meer binnen. 

10 minuten later dan gepland, kon ze dan toch beginnen aan haar presentatie: "Mijn schuld!" Ze legt uit dat ze haar presentatie nooit vooraf stuurt, omdat ze altijd tot het laatste moment nog aanpassingen doet. "Ik ben op een punt in mijn leven dat tijd extreem kostbaar is, dus elke seconde die jullie op mij wachten, moet het waard zijn." En dan kan het dus voorkomen dat er op het laatste moment technische problemen zijn. Ze lost het fantastisch op met ook nog een woordje Braziliaans, Duits en Japans. 

"Trends zijn langetermijnpatronen die een richting van verandering in de loop van de tijd aangeven." Denk aan de uitvinding van de stoommachine. Het was niet alleen een nieuwe machine, maar leidde tot industrialisatie. Internet net zo. De technologie internet is één, maar kijk wat er daardoor allemaal is veranderd. En ging het bij die voorbeelden om één technologie, nu zijn het er drie. 

Technology Supercycle

Volgens Amy is er de afgelopen jaren een 'Technology Supercycle' ontstaan. In de afgelopen vijf jaar is er een enorme sprong gemaakt op drie primaire gebieden van technologie: kunstmatige intelligentie, een soort verbonden ecosysteem van dingen en biotechnologie. Wat er gebeurt is zo alomtegenwoordig dat het elk segment van onze economie is gaan beïnvloeden.

De innovatiegolf die er nu komt, gaat het menselijk bestaan opnieuw definiëren, volgens Amy. Wat spannend is, maar ook doodeng. Iedereen voelt dat dit gebeurt, maar de onzekerheid die het met zich meebrengt verlamt leiders. Amy noemt dat FUD: Fear (angst), Uncertainty (onzekerheid) en Doubt (twijfel).

Je weet nog niet wat je moet met AI. Je weet nog niet wat je ervan moet denken. Je maakt je zorgen over je baan. We maken ons met z'n allen zorgen over de tijd waarin we zitten. Wij zijn Gen T, volgens Amy: de Transition Generation. Na deze hele ontwikkeling gaat de maatschappij er heel anders uitzien volgens haar. En toch hebben we het meer in de hand dan we zelf denken: "FUD can go Fuck itself."

Wie is er verantwoordelijk?

Als het gaat om kunstmatige intelligentie, is er nogal wat veranderd: "Inmiddels worden alle LinkedIn-posts door AI gemaakt." Maar je hebt nog steeds behoorlijk letterlijke prompts nodig om een goed resultaat te krijgen. Dat gaat volgens haar meer naar conceptuele prompts, waarbij de AI met je 'meedenkt' om tot een resultaat te komen 

Tegelijkertijd gaan er dingen ook niet snel. Vorig jaar liet ze zien hoe Midjourney alleen witte mannen liet zien als je vroeg om afbeeldingen van directeuren van een groot bedrijf. Dat is nog steeds zo. Zelfs als je vraagt om de directeur van een bedrijf dat tampons maakt. 

Hoe kan dat? Hoe zit het met verantwoordelijkheid? De teams die zich met ethiek bezighouden, bepalen volgens haar nog steeds niet het beleid. En door de snelheid van de ontwikkelingen, wordt er te weinig tijd aan besteed. Daardoor wordt het probleem niet opgelost. 

De risico's van onbeveiligde AI

AI is nu nog beperkt, maar wel een soort tuin met een hek eromheen. Bedrijven als OpenAI bepalen de grenzen. Maar er komen steeds meer open-source-taalmodellen, zoals Llama. Die kunnen alleen ook heel snel aangepast worden (want open source), zodat je een ongecensureerde versie krijgt. 

Bedenk eens wat je daar mee kunt: deepfake porno zoveel als je wil, een biologisch wapen? Onbeveiligde modellen kunnen makkelijk misbruikt worden. En wie is er dan verantwoordelijk? Bij technologie als dit, is het antwoord meestal: niemand. "We zijn maar het platform", was altijd het argument als gebruikers te ver gingen. Maar moet dat niet anders, vraagt Amy zich af. 

Wat als we AI laten oefenen zonder diploma? Moet een AI-model bijvoorbeeld niet een ethiektraining krijgen? Mensen die fouten maken als ze zonder diploma opereren kunnen de cel in gaan. Wat als AI een fake evenement organiseert? Met allerlei nepaccounts, nepvideo's en nepafbeeldingen? Het zou een behoorlijke tijd duren voordat we dat in de gaten zouden hebben. Zou je een regionaal conflict kunnen veroorzaken met zoiets, wat kan leiden tot een oorlog? Bijvoorbeeld als dit in Gaza gedaan zou worden?

Large action models en connectables

De volgende verandering volgens Amy is dat we van Large Language Models naar Large Action Models gaan. LLM's voorspellen wat je gaat zeggen, LAM's voorspellen wat je gaat doen. Amy voorspelt een explosie van apparaten die zij connectables noemt: een netwerk van onderling verbonden apparaten die communiceren en gegevens uitwisselen om de vooruitgang van kunstmatige intelligentie te vergemakkelijken en te stimuleren. 

Ze noemt als extreem voorbeeld een kattenluik dat de kat pas binnenlaat als hij z'n prooi laat vallen, wat dan dus door AI wordt beoordeeld. Maar waar het volgens haar naartoe gaat is dat je een soort persoonlijk minibrein in je zak hebt. Je zult volgens haar overal dit jaar de gezichtscomputers (zoals zij ze noemt) zien: de Apple Vision Pro. Misschien blijkt het net zoiets te zijn als de oorspronkelijke iPhone, met alle beperkingen van toen. Maar bedenk wat de iPhone nu is en waar het naartoe kan gaan. Ook Google, Samsung, Meta en Snap werken hieraan. 

Wat als? 

Toch is het volgens haar iook goed om na te denken over mogelijke consequenties. Je pupil reageert al voordat jij zelf iets voelt. Maar dat wordt gezien door je 'gezichtscomputer'. Er komen volgens haar enorm veel nieuwe apparaatjes die de hele dag data verzamelen en je op de een of andere manier helpen. 

En dat kan je inderdaad enorm helpen. Stel je voor dat je de hele dag analyses kunt krijgen, waar en wanneer je wil? Dus dat je bijvoorbeeld een presentatie bijwoont en binnen een uur een automatische presentatie hebt die helemaal toegespitst is op jouw bedrijf? En jij de kroeg in kunt? Maar wat als jouw Large Action Model hallucineert? En bijvoorbeeld nazi's gebruikt in de presentatie en dat automatisch naar je baas stuurt? 

Wat als jouw connectable leidt tot sociale scores? Of als prijzen niet meer vaststaan, maar aangepast worden op jou? En dat prijzen zo hoog worden, dat je het alleen maar kunt betalen als je in de winkel eerst een reclame van het product bekijkt met je 'gezichtscomputer' op die ook in de gaten houdt of je er wel echt naar kijkt (helemaal zoals in Black Mirror dus)? Als je rijk bent, heb je dat niet nodig. Dus dan loop je gewoon rond. Mensen die het niet kunnen betalen, staan stil om eerst reclames te kijken. 

Oproep aan overheid, bedrijven en ons

Technologie op zich is niet gevaarlijk. Wat mensen ermee doen, kan dat wel zijn, zegt Amy. Ze eindigt met een aanklacht tegen de leiders van grote techbedrijven die stuk voor stuk gaan doen alsof ze de mensheid gaan redden met hun technologie. 

En ze doet een oproep aan overheden, bedrijven en ons. Overheden moeten volgens haar transitieministeries oprichten, bedrijven moeten hun netwerkwaarde opnieuw bepalen en wij moeten vechten voor onze toekomst. 

Terugkijken kan hier

Data + model + how to use = impact

Eerste verhaal waar ik heen ging was van Google en McKinsey, en was best prima. Er is ook al over geschreven door Erwin Blom en Michiel Buitelaar maar ik zal mijn perspectief geven.

Het beeld wat ik er uit haalde was: Je hebt goede data nodig, een goed taalmodel en je mensen moeten snappen wat ze daar aan hebben. Daarmee kan je krachtige impact maken.

Data: Bij Google hebben ze een geweldige codebase: De code waarop bijvoorbeeld Chrome en Search draait. 500,000 manjaar aan werk, met niet alleen goede code maar ook alle wijzigingen worden bijgehouden, alle vragen die ontwikkelaars in fora stellen en de antwoorden. Dus niet alleen het eindproduct maar ook het proces.

Taalmodel: Vanuit Google gezien is hun LLM genaamd Gemini natuurlijk de beste, met een 'context window' van 1 miljoen tokens, veel groter dan de concurrentie. En wat heb je daar aan? Het kan werken met veel meer input data. Documenten, broncode van software, beeld, geluid, etc.

Werkwijze: Iedereen heeft meteen wel iets aan een chat-achtig taalmodel, maar zodra je bijvoorbeeld ontwikkelaars een cursusje geeft om te laten zien hoe ze het meest hebben aan een 'coding co-pilot', stijgt de impact. Niet 20% effectiever, maar 50-70% effectiever werken. 

Impact: McKinsey vertelde over een aantal chatbot voorbeelden, o.a. van onze ING. Daar werd een ouderwetse chatbot vervangen door een met generative AI, waardoor er ineens 70% van de inkomende vragen kon beantwoord worden door de chatbot, ipv 40% bij de oude versie. Kassa, maar ook hogere klanttevredenheid. En Google liet zien hoe hun Gemini de ontwikkelaars helpt bij het vinden van bugs, het code reviewen, en verbeteringen voorstellen om code te verbeteren. Er werd zelfs een filmpje getoond waarbij iemand met z'n telefoon gefilmd had hoe een bepaalde bug gebeurde, en dat filmpje was al genoeg voor de AI om de bug te vinden en een oplossing voor te stellen.

Nu is het met Google wel soms de vraag of het een eerlijk voorbeeld was, en wat er omheen gebeurde, maar toch. Een van de verbazende aspecten van generatieve AI is toch dat het je blijft verbazen. 


Ook al wordt AI steeds beter, zonder kwalitatief goede data wordt het ook bij Google niks

Door Erwin Blom

Een jaar geleden tijdens SXSW, stond generatieve AI nog in de kinderschoenen voor ons gewone gebruikers. Inmiddels zetten we de technologie dagelijks in voor hobby en werk. En integreren bedrijven AI ook steeds meer. 

Bij Google was dat proces natuurlijk al lang aan de gang, maar Paige Dailey van het bedrijf vertelde helder op welke manier AI nu belangrijk is bij het wereldbedrijf. Ze zette op rij:

1. Personalised output based on user history. Bijvoorbeeld: het zoekgedrag van een gebruiker is automatisch een deel van een profiel van een gebruiker. Dankzij AI-analyse kan dat een rol spelen bij het geven van zoekresultaten op maat.

2. Interpreting images and video. Met AI kan nu op indrukwekkende wijze 'begrepen' worden wat er op foto's en video's gebeurt. Goed voor van alles van onderzoek tot analyses van technische problemen.

3. Following detailed instructions. De instructies aan een AI-model kunnen nu veel gedetailleerder zijn dan een jaar geleden. En ook: Gemini van Google kan nu veel meer informatie aan dan tot voor kort. Het equivalent van 10 uur video, de teksten van alle Amerikaanse wetten, twintigduizend artikelen, etcetera.

4. Changing how we build new software. In hoe Google AI inzet bij de bouw van software komt veel van het bovenstaande samen. 15% van de code van Google komt nu al door machine learning tot stand. Ook hier geldt: "The model is only as good as the data you feed it with." Maar omdat Google al dertig jaar lang alle code en aanpassingen heeft bewaard en dus aan een AI-model kan voeden, zorgt het voor goede randvoorwaarden voor de inzet van AI. Dailey liet zien dat iemand niet goed werkende software met de mobiel had gefilmd, dat Gemini die beelden goed interpreteerde en na analyse terugkwam met zowel fout als oplossing in de code.

En wat geldt voor Google geldt voor ieder bedrijf of organisatie. Iedereen kan profiteren van meer gepersonaliseerde diensten, grotere modellen, betere beeld en video-analyse, etcetera. Loop je werkzaamheden maar eens na! 



Learning to Love Midlife: stel de bel voor de laatste ronde nog maar even uit!

Door Gerard Dielessen

Zeg je MIDLIFE, dan zeg je in adem eigenlijk ook CRISIS. Midlife crisis. Omdat ik kennelijk nog tot de doelgroep behoor ben ik mijn zoveelste SXSW-conferentie in Austin begonnen met de sessie Learning to Love Midlife. Niet alleen omdat de titel van deze bijeenkomst mijn interesse wekte, maar vooral ook omdat ik als ruim 69-jarige nog enigszins in de door Chip Conley gedefinieerde groep van ‘midlifers’ val. 

Chip Conley noemt zichzelf midlife-activist. Hij is overtuigd van het feit dat het leven na je vijftigste er alleen maar beter op kan worden en wil de wereld dat graag laten weten. Beter? Dat zou je niet denken. Het woord Midlifecrisis is toch een veelvoorkomend begrip geworden in de laatste decennia. Daar wil de Amerikaan Chip Conley wil daar verandering in aanbrengen. Daarom schreef hij het boek Learning to Love Midlife, 12 reasons why life gets better with age. Heel interessant. 

De afgelopen eeuw hebben we er zo’n dertig jaar bijgekregen. Aan het begin van de vorige eeuw was de levensverwachting in de Verenigde Staten gemiddeld 47 jaar, honderd jaar later door allerlei technologische ontwikkelingen, toenemende welvaart, betere medische voorzieningen zomaar 77 jaar. Een extra levensfase, zeg maar. Volgens hem hebben we daar veel te weinig aandacht besteed aan die al die extra jaren en de gevolgen daarvan. Kinderen worden met liefde opgevoed. Ouderen, gepensioneerden kunnen eveneens rekenen op aandacht en liefde van hun omgeving.  Maar hoe zit dat met die ‘tussengroep’ in de leeftijd van 45 tot pakweg 75 jaar? Daar is veel minder compassie mee, vindt de midlife activist. De moeilijkste fase, zo vertelde hij uit persoonlijke ervaring, voltrekt zich de fase van 45 tot en met 50 jaar. “Ik verloor in die periode vijf vrienden vanwege zelfmoord.” Vaak word je dan voor het eerst geconfronteerd met sterfelijkheid. Mensen om je heen beginnen weg te vallen; je krijgt te maken met de eerste fysieke problemen c.q. ander ongemak; je hebt veel verplichtingen in je werk en privé; je vraagt je af of je in de voorgaande jaren wel de juiste keuzes hebt gemaakt en veel meer dan dat.

Tot dan toe ben je eigenlijk alleen maar bezig geweest om je leven, zoals hij zegt, te ‘editen.’ En voordat je het weet ben je de vijftig bent gepasseerd en heb je het idee dat je oud bent. Moet leven met de gedachte dat je ruim over de helft bent. Dat geeft bij veel mensen stress. In de VS heeft dat er zelfs toe geleid dat de gemiddelde levensverwachting is gestagneerd.

Volgens Conley volstrekt onnodig. Veel dingen worden erger met het klimmen der jaren. Maar heel veel dingen worden ook juist leuker als je ouder wordt.

Want volgens de auteur van Learning to Love Midlife begint het leven dan pas echt en is er juist geen enkele reden om daar sikkeneurig van te worden. Er liggen juist prachtige jaren voor je in het vooruitschiet. Zelfs als je in de zestig of in de zeventig bent is er geen enkele reden om chagrijnig te worden. 

Het zijn de jaren dat je je kennis kan teruggeven aan de samenleving, aan andere mensen. Als je in staat bent om meer betekenis aan je leven te geven, leeft je gemiddeld zeven tot acht jaar langer, volgens Conley. Juist in deze levensfase moet je je negatieve mindset omdraaien in een positieve, zo stekt hij. “We onderschatten de tijd die we nog hebben te leven”, zegt Conley. Tijdens de presentatie riep hij zijn gehoor op om eens na te denken over de vraag wat ze tien jaar geleden hadden willen doen, maar niet hebben gedaan vanwege hun leeftijd. Leuk experiment. 

Wat zijn dan volgens Chip Conley de 12 redenen waarom het leven beter met de jaren wordt? 

Hier komen ze. Ingedeeld in vijf hoofdstukken en in het Engels:

The Physical Life

  1. I Have More Life Left Than I Thought.

  2. I’m Relieved My Body No Longer Defines Me.


The Emotional Life

  1. I’m Making Friends with My Emotions.

  2. I Invest in My Social Wellness.

  3. I Have No More ‘Fucks’ Left to Give.


The Mental Life

  1. I’m Marvelling at My Wisdom.

  2. I Understand How My Story Serves Me.

  3. I’ve Learned How to Edit My Life.


The Vocational Life

  1. I’m Joyously Stepping off the Treadmill.

  2. I’m Starting to Experience Time Affluence.


The Spiritual Life

  1. I’ve Discovered my Soul.

  2. I Feel as If I’m Growing Whole.


Allemaal mooie redenen om Midlife te omarmen en om daarmee gezonder en gelukkiger te worden. Wat Conley betreft moeten we woorden als ‘oud’, ‘ouder’ en leeftijd maar niet meer gebruiken. Betrekkelijke begrippen allemaal die veel te veel stigmatiseren en geen recht doen aan wat deze levensfase daadwerkelijk heeft te bieden. Hij spreekt liever over ‘agefluent’, waarmee de leeftijdsgrenzen als het ware vervagen. 


Zelf heb ik overigens de illusie dat ik deze levensfase tamelijk eenvoudig zonder crisis ben doorgekomen. Desondanks liep ik vrolijk uit deze sessie op weg naar de SXSW-bookstore. Want ik wil zijn boek wel lezen. Al was het maar om de bel voor de laatste ronde toch nog maar even voor mij uit te schuiven.


Een paddestoel is een telefoon naar niet-menselijke intelligentie

Door Michiel Buitelaar

Dit stukje gaat over de sessie 'Facing death: psychedelics for end of life care', waarin twee enthousiast kruidenvrouwtjes kakelden – uit Vermont, niet toevallig, met een slapende hond op het podium. Het ging bijna helemaal over paddestoelen, en een klein beetje over de dood. 

Psychedelica op basis van paddestoelen vormen een millennia oude transcendente traditie; die paddestoelen maken contact mogelijk met niet-menselijke intelligentie. Ze kunnen een mystieke ervaring triggeren, zonder welke je leven eigenlijk niet zinnig is. Timothy Leary – die van “turn on, tune in, drop out” – werd geciteerd. Het was een soort comeback van Klazien uit Zalk (wie kent die nog?) en haar zus. Ze klaagden, wel overtuigend, over door de farmaceutische industrie, gesteund door de FDA, gedomineerde gebruiken rondom sterven: “dying in an intensive care unit is terrible”. 

Paddestoelen mythische krachten toeschrijven, “which nobody has been able to prove but they are overwhelmingly clear and defy modern science”, was een rode draad van het aandoenlijk magisch denken. Er zweefde middeleeuwse quatsch door de zaal, niet gehinderd door analytisch denken: hoopvol mushroom worshipping, op zich wel vermakelijk. Die typische nostalgie naar zogenaamd verdwenen kennis van heel vroeger – een populair en eeuwenoud thema, Plato had het er al over – doet het goed. Ik geloof er geen snars van. Er werd ook verwezen naar de Boeddhistische visie op sterven: typisch New Age denken, maar een verdraaide, onjuiste interpretatie van het Boeddhistische beeld (zeg ik, would-be Boddhisatva).

Naast deze gekkigheid was er een kern van gedachten die ik sympathiek en wèl rationeel vind. Dood gaan is niet leuk. Medicalisering van dood gaan is geen lolletje. Op een andere manier naar dood gaan kijken, en daar misschien een geestelijk verlichtend middel bij gebruiken, dat is het overwegen waard. Dat heb ik genoteerd, op mijn leeftijd.